doelstelling
historiediscussieplan elementenlaatste nieuwsopenbaarpractischlinksarchiefdigitale stad

Betreft: Zienswijze Voorontwerp Bestemmingsplan Zuidpoort

Aan het college van Burgemeester en Wethouders
Van Gemeente Delft
Oude Delft 137

Delft, 20 oktober 2000


Geacht college

Hierbij geeft de Belangenvereniging Zuidpoort haar zienswijze op het Voorontwerp bestemmingsplan Zuidpoort van mei 2000, in het kader van het artikel 10 overleg Bro.
Ter voorbereiding van deze zienswijze heeft het bestuur van de Belangenvereniging een ledenvergadering belegd. Onderstaande zienswijze moet beschouwd worden als een weerslag van de mening van de leden. De ledenvergadering was zeer kritisch over het Voorontwerp en ook over de stedenbouwkundige voorstellen.
Toch zijn er enkele belangrijke punten van waardering. Er is waardering voor de inzet van de gemeente om het Zuidpoortgebied aan te laten sluiten op de binnenstad en daarbij de parkeervoorziening ondergronds aan te leggen. Het bestuur van de vereniging heeft daarnaast waardering voor de aanpak van de gemeente om met name het stedenbouwkundige aspect van de planontwikkeling in goed contact met betrokkenen tot stand te brengen en formeel te scheiden van de juridisch planologische aspecten van de planontwikkeling. Het bestemmingsplan kan zodoende (in principe) zijn functie vervullen voor inrichting en beheer.

In deze zienswijze wordt de nadruk gelegd op de juridische en planologische punten. De zienswijze gaat in op de volgende punten;
1. De inzet van de Belangenvereniging voor de Zuidpoort. Hierin vermelden wij kort de algemene achtergronden en uitgangspunten van de vereniging, ter toelichting op onze kritiek en voorstellen.
2. Aanpassing planologische duidelijkheid van het Voorontwerp. Hierin geven wij aan hoe het bestemmingsplan de inrichting van het Zuidpoorgebied beter moet regelen.
3. Aanpassing onderdelen van het Voorontwerp. Hierin geven wij aan wat het bestemmingsplan voor het Zuidpoortgebied beter moet regelen.
4. Relatie Stedenbouwkundig plan en het Voorontwerp. Hierin geven wij aan welke stedenbouwkundige aspecten moeten worden verbeterd en in het Voorontwerp moeten worden vastgelegd. Als bijlage 1 bij de zienswijze is een beknopte beschrijving gevoegd van de wijze waarop het bestuur van de vereniging het afgelopen jaar ge�nformeerd werd over de totstandkoming van het voorontwerp en het stedenbouwkundige ontwerp. Deze bijlage gaat dan tevens in op onderwerpen die in deze periode hebben gespeeld en niet in de zienswijze aan de orde komen. Als bijlage 2 is het rapport gevoegd van bureau 'RUIM' die in opdracht van de vereniging het stedenbouwkundig ontwerp heeft beoordeeld op het aspect van sociale veiligheid. Als bijlage 3 is de reactie gevoegd van het bestuur van de Belangenvereniging op de keuze voor de locatie van de discotheek in het Zuidpoortgebied.


1) De inzet van de Belangenvereniging voor de Zuidpoort


De Belangenvereniging behartigt het gezamenlijk belang van de bewoners en ondernemers voor een goede woon- en werkomgeving in het zuidelijke deel van de binnenstad. De Belangenvereniging is voorstander van het ontwikkelen van het Zuidpoortgebied als entree van de binnenstad en als onderdeel van die binnenstad op basis van een integraal en zo concreet mogelijk plan.

De Belangenvereniging wil dat ruimtelijke kwaliteit en een duurzame inrichting en beheer van het gebied tot stand komt. Dat betekent dat het Zuidpoortgebied in maat en schaal van de gebouwde en de openbare ruimte, moet aansluiten op de binnenstad. De bestaande bebouwing geeft de randvoorwaarden voor de ontwikkeling van het gebied. De openbare ruimte moet van een zodanige kwaliteit zijn dat een (sociaal) veilige omgeving voor de verkeer- en verblijfsfuncties ontstaat. Een bijzonder aspect van de ruimtelijke kwaliteit is de leefkwaliteit. Die moet er per saldo op vooruitgaan (Stad en Milieu).

De Belangenvereniging wil dat het bestemmingsplan de burger duidelijkheid biedt over de consequenties van de 'planologische mogelijkheden'. Als de flexibiliteit van een plan zo groot is dat de consequenties niet zijn te overzien, voorziet een plan niet in zijn functie.
Ten tweede dient het plan een voldoende integrale afweging te zijn voor de bouwplannen om te voorkomen dat bij de invulling van een bouwplan blijkt dat er een situatie gaat ontstaan die ongewenst of onhaalbaar is. Ten derde dient het plan een waarborg te zijn tegen oneigenlijk gebruik. Een te grote flexibiliteit ten aanzien van de planologische mogelijkheden zal leiden tot problemen met de handhaafbaarheid van de ruimtelijke kwaliteit en de duurzame inrichting.


Daar waar het plan wel duidelijkheid verschaft over de planologische mogelijkheden, maar waar deze 'strijden' met de belangen van bewoners en ondernemers, die de Belangenvereniging behartigt, dient het plan naar de mening van de Belangenvereniging te worden aangepast. In het hiernavolgende wordt ingegaan op de concrete punten in het plan.


2) Aanpassing planologische duidelijkheid van het Voorontwerp

Aangeven openbare ruimte
In de toelichting bij het Voorontwerp wordt gesproken van enkele toegangen vanaf de Zuidwal naar de binnenstad en van een 'cultuurplein'. Deze openbare ruimten moeten op de kaart worden aangegeven door middel van rooilijnen die de omvang en de ligging aangeven van die openbare ruimte (een reactie op de omvang van de openbare ruimte treft u verderop aan). Doordat in het Voorontwerp de openbare ruimte niet is aangegeven, is onduidelijk hoe de functies zoals de bibliotheek, het theater en de bioscoop (het Voorontwerp biedt ook ruimte voor een disco) worden ontsloten voor langzaam verkeer en OV, hoe de verkeersveiligheid kan worden gewaarborgd en hoe het plan tegemoet komt aan de aspecten van sociale veiligheid van de openbare ruimte. De plankaart �n de voorschriften moeten deze ontsluitingsfunctie benoemen en in maat aangeven. De openbare ruimte met de functieaanduiding VG (verblijfsgebied, artikel 18) heeft zowel de functie voor verkeer- en parkeervoorzieningen als voor groen- en speelvoorziening. De groen- en speelvoorzieningen verschillen zo met de parkeer- en verkeersfunctie dat deze in een apart artikel en legendaonderdeel opgenomen moeten worden.


Planologische duidelijkheid voor Stad en Milieu Het Zuidpoortgebied is aangewezen tot gebied in het kader van de 'Experimentenwet Stad en milieu'. De geluidsbelasting die uit akoestisch onderzoek is gebleken voor de aanwonenden aan de Zuidwal als gevolg van de plannen, valt binnen de bestaande regelgeving. Het Voorontwerp moet daarbij wel aanvullend duidelijkheid verschaffen dat deze geluidsbelasting niet boven deze maximale grenswaarde uitgaat als alle planologische mogelijkheden voor de vestiging van horecafuncties en winkelfuncties aan de Zuidwal, worden benut. Door de flexibiliteit die het plan hier biedt is het onzeker of het milieuaspect daadwerkelijk binnen de bestaande regelgeving blijvend kan worden opgelost. Het bestemmingsplan zal dus ook duidelijkheid moeten verschaffen over de uiterste grens van de planologische mogelijkheden, in verband met de verkeersaantrekkende werking en geluidsbelasting. De noodzaak voor een 'afwijking van milieuregelgeving' mag niet pas blijken bij de uitwerking van individuele bouwplannen b�nnen het bestemmingsplan.


Inperken afwijkingsbevoegdheid voor horeca
De afwijkingsbevoegdheid van B&W ten aanzien van de horeca op 'veld 5' moet niet worden gebruikt voor het realiseren of uitbreiden van nachthoreca/disco. Het veld 5 biedt namelijk mogelijkheden voor uitbreiding van nachthoreca via de afwijkingsbevoegdheid. De bouwmassa van veld 5 volgens de plankaart en de voorschriften, is ruimer bemeten dan voor de functie van bioscoop in de gedachte omvang, strikt noodzakelijk is.
Ook het eventuele (dubbele) gebruik van bioscoopzalen ten behoeve van nachthoreca en disco dient uitgesloten te worden. Voorschriften moeten worden opgenomen die het gebruik van de bioscoop voor 'discodoeleinden' tegen gaan (gebruiksvoorschriften). De reactie op de discotheek treft u verderop nog aan.


3) Aanpassing onderdelen van het Voorontwerp


Aanpassen bouwhoogte
De bouwhoogten in het hele plan dienen te worden teruggebracht naar een hoogte waardoor het Zuidpoortgebied in schaal en maat aansluit op de binnenstad van Delft en de bestaande (cultuurhistorische) bebouwing in het Zuidpoortgebied. Deze aansluiting is het uitgangpunt dat de Belangenvereniging hanteert en dat ook in de toelichting bij het Voorontwerp Bestemmingsplan wordt genoemd als uitgangspunt. De hoogte die nu wordt gehanteerd als gemiddelde (18 meter) en als maximum (22 meter), refereren aan de toneeltoren van het Theater en niet aan de bebouwing in de binnenstad. Door deze bebouwingshoogte in combinatie met het bebouwingspercentage, zal het Zuidpoortgebied in schaal en maat definitief afwijken van de binnenstad. Deze bouwhoogten zullen niet alleen voor de velden 5,7 en 9 aangepast moeten worden maar met nadruk ook voor veld 2.
De gemeente voert (mondeling) ter toelichting aan, dat iedere bouwperiode een ring aan de bestaande bebouwing toevoegt die telkens hoger is dan de bouw uit de voorgaande periode. Deze toelichting is naar de mening van de Belangenvereniging volstrekt onvoldoende om van het uitgangspunt 'aansluiting op de binnenstad en bestaande bebouwing', af te wijken. Vooral nabij bestaande bebouwing zal de maximale hoogte moeten worden aangepast. De bouwhoogten in combinatie met het bebouwingspercentage en de bebouwingsafstand veroorzaakt aantasting van privacy, bezonning en uitzicht en leidt in een aantal gevallen tot toename van geluidsbelasting. Dat geldt voor de volgende concrete situaties:


- De bebouwingshoogte aan het cultuurplein ter hoogte van 'veld 5' (22 meter) veroorzaakt aantasting voor de aanwonenden van dit plein in de Zuiderstraat (het 'Hoogovenspand').
- De planologische mogelijkheden voor het paviljoen op het 'winkelplein' veroorzaakt aantasting voor aanwonenden van dit plein in de Zuiderstraat (het 'Haakpand'). Een reactie op de functies in dit paviljoen waarvoor in het Voorontwerp de mogelijkheid wordt geboden (centrumfuncties) treft u verderop aan.
- De planologische mogelijkheden voor de bouwhoogte op 'veld 9' en de afstand tot bestaande bebouwing veroorzaakt aantasting voor de bewoners van de woonboten, de Ezelsveldlaan en de Oostpoort.
- De bouwhoogte van veld 7 aan de Kruisstraat hoek Zuiderstraat veroorzaakt aantasting voor bewoners van de bestaande bebouwing aan de Zuiderstraat hoek Kruisstraat en de woonboten in de Zuidergracht gelegen nabij de Kruisstraat.


Paviljoen, speels en beknopt
Het Voorontwerp moet de functie van het paviljoen nader omschrijven en daartoe de plankaart en de functiebeschrijving in de legenda wijzigen. Het paviljoen dient alleen het functioneren van het plein te ondersteunen, bijvoorbeeld als voetgangerstoegang en -uitgang van de parkeergarage, met een lichte horecafunctie op de begane grond binnen winkeltijden. De bouwhoogte moet maximaal 1 bouwlaag zijn. De functie in stedenbouwkundig opzicht (het camoufleren van de bestaande bebouwing) dient te worden geschrapt. De stedenbouwkundige motivatie daarvan is eerder aanvechtbaar dan houdbaar.


Samenhangend hoogwaardig cultuurplein �
Het cultuurplein heeft een beperkt formaat en bevindt zich afgelegen van het 'echte' binnenstedelijke uitgaansgebied. Dit plein en het omliggende gebied, zal alleen daarom al geen tweede uitgaanscentrum moeten worden. Het plein moet een functie krijgen die goed te combineren is met de woon- en winkelfunctie van de Zuidpoort en een versterking zal zijn voor het functioneren van het theater. Voor een goed functionerend plein is sociale veiligheid van vitaal belang. Het plein zal een goede verblijf- en verkeersruimte moeten zijn voor voetgangers en fietsers. De eisen die dat stelt aan de maat van de openbare ruimte moet in het bestemmingsplan worden vastgelegd (zie eerder punt). Het stelt ook eisen aan de functies van de 'pleinwanden'. Dit moeten woonfuncties zijn, van waaruit de openbare ruimte zichtbaar is.


.. geen disco..
De grote meerderheid van de Belangenvereniging is van mening dat de discotheek\nachthoreca functie uit het bestemmingsplan moet worden gehaald. Deze functie tast de verblijfskwaliteit van het Zuidpoortgebied aan door de belasting die deze functie geeft voor het goed handhaven van de openbare orde. Door de situering in de nabijheid van woningen (vooral aan de Asvest en ook bij de Zusterlaan) aan verkeersluwe openbare ruimte (achterkant van het theater) en ver van het bestaande uitgaanscentrum in de binnenstad vormt deze functie een grote aantasting van de sociale veiligheid in dit gebied. Dit is reeds door het bestuur van de Belangenvereniging onder de aandacht gebracht (de brief is als bijlage 3 bijgevoegd). De onderbouwing van het realiseren van een disco in dit gebied ontbreekt echter nog steeds. Het is daarbij wel opvallend dat de oorspronkelijke opzet van een grote disco ten behoeve van jongeren is gewijzigd in een voorstel voor een kleine nachtgelegenheid waarbij de doelgroep 'jongeren' niet meer in beeld lijkt. Hierbij speelt overigens de vraag zoals in het voorgaande aangegeven, of van de afwijkingsbevoegdheid van B&W gebruik gemaakt gaat worden om uitbreiding van de discofunctie binnen de 'overmaat' van veld 5, te realiseren.
Een (theater-) caf� of een restaurant zijn bijvoorbeeld functies die de bioscoop (een reactie daarop volgt hierna) en het theater als dragers/trekkers in hun functioneren ondersteunen. Dergelijke functies maken het mogelijk dat ook de woonfunctie op de hogere bouwlagen aan de openbare ruimte gesitueerd kan worden waardoor het gebied een sociaal veilige uitstraling krijgt en in sfeer en kwaliteit kan aansluiten op de binnenstad. Ondersteunende (horeca-)functies moeten in het bestemmingplan vastgelegd worden.


.. onderbouwing bioscoop
De onderbouwing van de behoefte aan de voorgestelde bioscoop dient nog te worden geleverd. De bioscoopfunctie is op zich een goede aanvulling op het voorzieningen pakket in de Zuidpoort. De omvang ervan roept nog vragen op over de haalbaarheid en de behoefte in relatie tot het bestaande aanbod in de binnenstad. De omvang van de voorziening leidt tot een enorme bouwmassa en tot gevelwanden aan de openbare ruimte van waaruit geen 'controle' is op de sociale veiligheid. De te verwachten effecten van de bioscoop op de directe omgeving moeten nader in beeld worden gebracht. Het gaat daarbij om de bezoekerstromen door de openbare ruimte en ontsluiting voor bezoekers met het openbaar vervoer en de fiets. Het gaat dan tevens om de geschiktheid van de openbare ruimte voor stallingmogelijkheden voor de fiets van de bezoekers van de bioscoop, het theater en de andere functies in dit gebied. De wijze waarop de voorgestelde bioscoop in de Zuidpoort zou moeten functioneren is zo belangrijk dat een goede onderbouwing van de behoefte moet worden geleverd en de effecten in beeld gebracht moeten worden.


Behoud monumentale TU gebouwen
De TU gebouwen in het Zuidpoortgebied zijn bijna alle behouden gebleven (op de sloop van Scheepsbouw in '93 na). De TU gebouwen van de Zuidpoort zijn niet alleen sfeer en beeldkwaliteit bepalend voor de Zuidpoort, ze zijn ook onderdeel van een groter cultuurhistorisch geheel van de TU gebouwen in de stad. Een erfgoed met grote mogelijkheden voor heel Delft! In de toelichting bij het Voorontwerp ontbreekt deze notie van kwaliteit en bijzonderheid van het nog bestaande TU erfgoed in de Zuidpoort. De Belangenvereniging stelt voor dat het bestemmingsplan deze kwaliteit noteert en de gevolgen daarvan in bouwplannen laat doorklinken. Dat betekent concreet het volgende:
- De status van de Machinistenwoningen op veld 10 als monument in het kader van het Monumenten Inventarisatie Project van de provincie, (anticiperend) in de voorschriften vast te leggen. Deze woningen zijn naar de mening van de Belangenvereniging terecht aangeduid als monumentaal en een ensemble vormend met het Techniek Museum. Bovendien wordt in het Voorontwerp niet gemotiveerd waarom deze woningen buiten de rooilijn van de bebouwing moeten vallen. Indien de gemeente kan onderbouwen dat een verkeersruimte noodzakelijk is die meer afstand tussen veld 7 en de machinistenwoningen vergt, dan dient de bestaande rooilijn van de machinistenwoningen gehandhaafd te blijven en de oplossing gezocht te worden in een aanpassing van veld 7.
- De bouwvoornemens voor het veld 10, uitgaande van het behoud van de 'professorenwoningen', concreet in de toelichting beschrijven en de te behouden bebouwing waar mogelijk in de voorschriften opnemen.
- De rijksmonumentstatus van het 'Museumhof' reeds in de voorschriften opnemen (anticiperend). Deze status dient gevolgen te hebben voor de bouwvoorstellen in de directe omgeving. De Belangenvereniging stelt voor dat de breedte van de Ezelsveldlaan en de bebouwingshoogte en -percentage van de bebouwing op veld 9 aan de Ezelsveldlaan, zodanig passend is dat de allure van dit monument tot z'n recht komt.


Versterken ruimtelijke kwaliteit in het oostelijk Zuidpoortgebied
Een bijzonder onderdeel van het Zuidpoortgebied is de Zuidergracht met de daarin gelegen woonboten. Deze gracht met de woonboten en de beide oeverkanten kan een unieke stedelijke ruimte gaan vormen in de intensief bebouwde binnenstad. De planologische mogelijkheden op veld 9 uit het Voorontwerp voorzien in massale bebouwing tot op de beschoeiing van de gracht. De motivatie voor deze massale bebouwing waardoor ook de ligplaatsen van enkele woonboten komen te vervallen, is niet sterk. De gemeente geeft bij mondelinge toelichting aan dat een Europese stad intensieve bebouwing nodig heeft en dat de kwaliteit van het gebied met de Zuiderstraat en de gracht reeds gewaarborgd is. De Belangenvereniging is echter van mening dat op deze locatie de mogelijkheden van een groene functie beter benut moeten worden, waar bebouwing met stedelijke allure ingepast wordt. Dat biedt de mogelijkheid dat ligplaatsen voor woonboten niet hoeven te vervallen of aanzienlijk in kwaliteit achteruitgaan. De Belangenvereniging zou zelfs graag zien dat de gemeente een actief stimuleringsbeleid voert ten aanzien van 'groen in de stad' gekoppeld aan de kwaliteit van de ligplaatsen, zodat hier een bijzonder woon- en verblijfsmilieu gecre�erd wordt met een uitstraling naar het winkelgebied en het overige woongebied. Deze kans wordt nu gemist.


Nader uitwerken veld 2, Yperstraat en Kruisstraat
Het bestemmingsplan moet voor het veld 2 en ten noorden daarvan aan de Yperstraat en de Kruisstraat, de ontwikkelingsmogelijkheden (planologisch en stedenbouwkundig) benoemen die 'aan snee' komen als in dit gebied de bestaande parkeerplaats wordt bebouwd en de bestaande bebouwing de functies gaat verliezen (bibliotheek, autogarage, autoverhuur). Het bestemmingsplan geeft nu niet aan welke ontwikkelingsmogelijkheden voor winkels en woningen worden geboden. Hier ligt een nadere planologische en stedenbouwkundige ontwikkelingsgerichte ontwerpopgave. Het bestemmingsplan is derhalve voor dit gebied nog niet voldoende afgewogen om een grondslag te zijn voor bouwplannen, zoals het voorgestelde bouwplan op veld 2. Dit voorgestelde bouwplan is, zoals eerder opgemerkt, een affront aan de gracht van de Gasthuislaan, door zijn massa en bouwhoogte. De Belangenvereniging vindt dat de bouwmassa's moeten aansluiten op de massa's in de omgeving, waarbij het bouwblok op zich wel mogelijkheden biedt voor het aanbrengen van hoogte-accenten.


4) Relatie Stedenbouwkundig plan en het Voorontwerp


Stedenbouwkundige dwarsprofielen in het plan
Doordat de stedenbouwkundige voorstellen van het architectenteam gelijktijdig met het Voorontwerp worden gepresenteerd is het onduidelijk welk plan nu concreet beschrijft wat er in het Zuidpoortgebied gaat gebeuren. Of de flexibiliteit die het Voorontwerp biedt in tegenstelling tot het stedenbouwkundige voorstel, is een schijn flexibiliteit. Of de concreetheid van het stedenbouwkundige voorstel is een onjuiste concreetheid. Het plan moet een duidelijkere relatie leggen met het stedenbouwkundige plan. De Belangenvereniging stelt daarom voor dat de dwarsprofielen in het bestemmingsplan worden opgenomen.


Meer ruimte voor de openbare ruimte
Formaat van de toegang tot het winkelplein vanuit de Zuidwal moet worden vergroot. De huidige maat van 8 meter is te smal in relatie tot de lengte van de straat, de hoogte van de gevel en de functie van toegang vanaf het OV-station naar de binnenstad. Verbreding van deze toegang (die dan met rooilijnen moet worden vastgelegd) zullen de sociale veiligheid van deze toegang, van het winkelplein en van de Zuidwal/OV station, verbeteren.
Het winkelplein en de hiervoorgenoemde toegang zal voor fietsverkeer geschikt gemaakt moeten worden. Het is ondenkbaar dat deze toegang, geplaatst op de as van de Sebastiaansbrug naar het Winkel- en Cultuurplein en de daaraangelegen functies, van fietsverkeer gevrijwaard kan blijven. De maat van 8 meter is dan volledig ongeschikt voor de feitelijk te verwachten functie voor het fietsverkeer, de voorgestelde toegangsfunctie voor de OV-reizigers en het voetgangersverkeer tezamen. De verkeersfunctie voor de fiets moet in voorschriften bij het plan worden opgenomen. De eisen die de verkeerveiligheid stelt aan de goede scheiding tussen voetgangers en fietsers dienen in de detaillering en uitwerking van het stedenbouwkundig ontwerp te worden meegenomen.


Aandacht voor groen
In de stedenbouwkundige voorstellen wordt de groenvoorziening langs de noordzijde van de Zuidergracht als enige groenstrook aangewezen. Andere ruimten die zich lenen voor een groene 'aankleding', of groene ruimte zijn in de voorstellen niet genoemd. De Belangenvereniging wil dat in de stedenbouwkundige voorstellen deze ruimten worden ge�nventariseerd vanuit een doelgericht beleid om groene functies in de stad een plaats te geven, ook in dit intensief te bebouwen gebied. Deze ruimten zijn bijvoorbeeld; het eerder genoemde gebied rond de Zuidergracht met de woonboten, 'de Zuidwal', het gebied ten zuiden van het Theater, de Nieuwelaan. Met name het gebied op de hoek van de Asvest en de Zuidwal is in de stedenbouwkundige plannen een 'enorme achterkant' van gebouwen die niet met de openbare ruimte 'communiceren', zoals de ingang van de parkeergarage, de achterkant en expeditieruimte van het Theater, de wanden van de bioscoop. Zeker voor een gebied dat 'Zuidpoort' heet is het uiterst merkwaardig dat de hoofdstroom van de bezoekers (uit de Irenetunnel over de Zuidwal) op deze wijze wordt 'ontvangen'. De beeldkwaliteit van dit gebied moet worden verhoogd waarbij groenvoorziening een rol kan spelen.


Aandacht voor fietsparkeerplaatsen
In de stedenbouwkundige voorstellen wordt niet duidelijk gemaakt waar en in welke omvang voorzieningen worden getroffen voor de stalling van fietsen. Deze gebieden zullen zeker op dit planniveau in beeld gebracht moeten worden, met een onderbouwing van de behoefte. Het betreft in ieder geval stallingplaatsen op de begane grond nabij de ingang van de cultuurvoorzieningen en enkele winkels, met name de winkels in de food-sector.


Afsluitende opmerkingen
Wij stellen u voor de genoemde punten te verwerken in het bestemmingsplan voordat (met art 19) met de bouw van het Zuidpoortgebied wordt gestart. Een goede grondlegger voor de bouwplannen blijft voor de Belangenvereniging van groot belang. Dit Voorontwerp heeft die functie nog niet. De voorstellen van de Belangenvereniging voor aanpassing in dit Voorontwerp zijn bedoeld om tot de goede grondlegger te komen zonder dat kostbare tijd voor de realisatie van de plannen verloren gaat.
Wij stellen u tevens voor om waar mogelijk en nodig te anticiperen op planschadeclaims van individuele burgers. Vooral daar waar de individuele belangen van de burger door de planontwikkeling negatief wordt be�nvloed. Deze punten hebben wij aangegeven, waarbij de Belangenvereniging reageert vanuit een algemeen standpunt, zoals in het voorgaande genoemd.




Met vriendelijke groet,
namens de Belangenvereniging Zuidpoort,
Het bestuur,

Jac. Bogaards (vice voorzitter)
T.H. Boon (secretaris)